NHL At The Rink: Hoe een carrière door mismanagement en pech werd verwoest

Vanaf het seizoen 2022 – 2023 introduceert SportAmerika een nieuwe, vaste rubriek op woensdag: NHL At The Rink. Roemrijke jaargangen, prospects, Farm reports en nog veel meer onderwerpen zullen de revue uitgebreid passeren. Vorige week gingen we ‘back to the seventies’ met een uitgebreide terugblik op het wonderlijke seizoen 1970 – 1971. Vandaag zoeken we het in een iets recenter hoofdstuk uit de geschiedenisboeken. In de NHL Entry Draft van 2000 ging New York Islanders namelijk voor het eerst in de (professionele) geschiedenis voor een goalie als first overall. Rick DiPietro staat 22 jaar na dato echter te boek als één van de grootste misses ooit. Maar lag dit wel aan de goalie?

De lange geschiedenis van de NHL is tal van Draft busts rijk. Als men de doorgewinterde ijshockeyfan vraagt naar de allergrootste ooit, rolt geregeld de naam van Alexandre Daigle over de lippen. In de Entry Draft van 1993 werd de Canadese centre door Ottawa Senators als first overall opgepikt en beleefde met 51 punten nog een prima rookie season. Daarna kwam er louter zand in de motor en bleef de collectieve herinnering aan Daigle vooral aan zijn bijzondere uitspraak ”I’m glad I got drafted first, because no one remembers number two” bewaard. De nummer twee van ’93? Hall of Famer Chris Pronger.

Toch zoomen we vandaag in op een naam die de gemoederen tot en met het seizoen 2028 – 2029 (!) bezig houdt. New York Islanders vestigde in de Entry Draft van 2000 een primeur, door als eerste franchise ooit een goalie te selecteren — Michel Plasse werd in 1968 door Montreal Canadiens eveneens als eerste geselecteerd, maar dit was de Amateur Draft —. Rick DiPietro maakte de verwachtingen op Long Island nimmer waar, maar bestaat vooral het vraagstuk: Lag dit alles wel aan de kwaliteiten van de Amerikaan?

VOL VERWACHTING KLOPTE HET HART

De verwachtingen voor een glorieuze toekomst kwamen niet zomaar uit de lucht vallen. Op het prestigieuze Quebec International Pee-Wee Hockey Tournament kreeg DiPietro in de editie van 1994 de eer van beste goalie van het toernooi. Bovendien eindigde de Amerikaan als tweede in de strijd om de MVP titel, op een toernooi waar in het verleden ook onder meer Mike Bossy, Wayne Gretzky, Paul Coffey, Steve Yzerman en Mario Lemieux actief waren.

Na een waanzinnig seizoen 1999 – 2000 namens Boston University in de NCAA — All Rookie Team, East’s Rookie of the Year, Beanpot MVP en Eberly Trophy winnaar —, maakte DiPietro ook op het WJC van 2000 behoorlijk indruk. Ondanks een vierde plaats voor de VS won de goalie de Award voor beste goalie van het toernooi.

MIKE MILBURY EN EEN OPEENSTAPELING VAN VRAAGTEKENS

Toenmalig New York Islanders GM Mike Milbury maakte er op zijn zachtst gezegd een potje van op Long Island. Tussen 1995 en 2006 behaalde de ploeg slechts driemaal de play-offs en eindigde het bovendien slechts eenmaal in de top tien van de NHL (2001-2002).

Ten tijde van de Entry Draft van 2000 was die bewerkelijke reputatie echter nog nergens te bekennen. Na een vier jaar durende play-off droogte, was het Milbury alles aan gelegen om de fans te geven waar ze zo naarstig naar snakten: Succes. Toen DiPietro te kennen gaf zijn College intenties te parkeren en zich direct verkiesbaar te stellen in 2000, liet de GM er geen gras over groeien. Alles en letterlijk iedereen moest wijken, om DiPietro het gezicht van de franchise te maken.

Je hebt all-in en je hebt all-in, maar Milbury presteerde het om echt all-in te gaan. Vlak voor aanvang van de Draft werd Islanders starter Kevin Weekes — samen met prospect Kristian Kudroc (eerste ronde, 1999) en een second-round pick — naar Tampa Bay Lightning getrade, in ruil voor de fifth overall pick. Niet veel later maakte Milbury één van de slechtste trades uit de geschiedenis van de NHL. Roberto Luongo (vierde overall in 1997) en Olli Jokinen werden in ruil voor Mark Parrish en Oleg Kvasha naar Florida Panthers gestuurd. Een trade die zelfs bij de betrokken spelers vraagtekens opriep.

Plotseling werden twee (zeer) talentvolle goalies van de hand gedaan, voor een prospect die nog van alles te bewijzen had. Het bleek het ”ideale” recept voor een overdosis aan druk op de schouders van DiPietro, waarbij het zonder ook maar één wedstrijd in de NHL te hebben gespeeld al ’do or die’ was.

ALS BAMBI VOOR DE LEEUWEN

Door het gepruts van Mike Milbury zat er voor head coach Butch Goring niets anders op, dan fresh face Rick DiPietro voor de leeuwen te gooien en startend goalie te maken. Met een roster dat net zo wankelde als een pasgeboren hertje, stond de teller na twintig wedstrijden op een erbarmerlijk .878 sv% en een 3-15-1 record. Backup goalie John Vanbiesbrouck moest de meubelen in ’the Big Apple’ redden, maar faalde eveneens. Niet zo gek als je bedenkt dat het roster slechts één speler (Mariusz Czerkawski) met 30+ goals en bovendien een jonge blue-line (Kenny Jonsson, Zdeno Chara en Roman Hamrlik) met een gemiddelde van -22 telde.

Een tijdelijke stap terug naar de AHL — Chicago Wolves — deed de positie van DiPietro eveneens geen goed. In veertien starts kwam de Amerikaan tot een sv% van .880, maar kon de rookie wat meer in de luwte wennen. Het seizoen 2001 – 2002 bleef hij dan ook actief in de AHL en vond de goalie zowaar wat van zijn ’groove’ terug (.913 sv%).

De tweede ronde voor DiPietro kwam er bij aanvang van het seizoen 2002 – 2003. Met Chris Osgood als nieuwe backup goalie bleek de druk op de schouders van DiPietro nog altijd te hevig. Na slechts tien wedstrijden werd het herhalingsrecept weer uit de kast getrokken: AHL, waar de Amerikaan met een sv% van .924 één van de beste goalies van dat seizoen werd. Chris Osgood deed het overigens niet veel beter en werd tijdens de Trade Deadline in 2003 naar St. Louis Blues gestuurd.

EINDELIJK HET GELIJK VAN MILBURY?

Gesteund door een fabelachtig seizoen in de AHL, leek het seizoen 2003 – 2004 dan eindelijk de doorbraak van DiPietro te worden. Met meer dan vijftig starts, vijf shutouts en een sv% van .911 eindigde DiPietro boven onder meer Nikolai Khabibulin, Olaf Kolzig en Tomas Vokoun. Het jaar na de lockout waren zijn stats ietsjes minder, maar presteerden de Islanders zonder de Amerikaan tussen de palen nog slechter.

HET BAANBREKENDE CONTRACT

Voor het Front Office op Long Island was het duidelijk. Rick DiPietro is na een moeizame opstartfase dan eindelijk zijn verwachtingen aan het inlossen. Nieuwbakken GM en tevens voormalig backup Garth Snow had het stokje van Mike Milbury overgenomen en besloot er net als zijn voorganger geen gras over groeien. De goalie moest en zou het gezicht van de franchise worden, resulterend in het contract der contracten. In september 2006 ondertekende DiPietro een vijftienjarige contract ter waarde van $67.5 miljoen dollar. De langste deal uit de geschiedenis van de NHL. De keuze van GM Snow werd door de analytici en zelfs NHL Commissioner Bill Daly ernstig bekritiseerd.

Aan het begin van de deal leek het nog rozengeur en maneschijn te worden voor DiPietro. In het seizoen 2006 – 2007 speelde de goalie een sleutelrol in de terugkeer naar het postseason en werd hij en passant het seizoen daarop voor de All-Star Game geselecteerd. Helaas voor de Amerikaan bleek zijn uitverkiezing tot All-Star achteraf zijn hoogtepunt in de NHL te worden.

ABONNEMENT OP DE LAPPENMAND

Het kan haast niet anders dan dat de blessureperikelen bij DiPietro ook deels een mentale kwestie waren. In maart 2007 belandde de goalie voor het eerst in de ziekenboeg na een ongelukkige botsing, om vervolgens een heup- en knieoperatie aan zijn strippenkaart toe te voegen. De blessures begonnen zich nadien opeenvolgend op te stapelen en bij aanvang van het seizoen 2012 – 2013, had DiPietro slechts vijftig wedstrijden in vijf jaar tijd achter de kiezen. Na andermaal een forse knieblessure was de emmer voor de goalie vol en protesteerde het lichaam van de Amerikaan dusdanig, dat er een punt achter zijn carrière gezet kon worden.

Ware het niet dat er nog een behoorlijk blok aan het been van de Islanders hing in de vorm van zijn monstercontract. Uit wanhoop kocht de franchise op Long Island het lopende contract van de goalie af, resulterend in een payroll van $1.5 miljoen dollar op jaarbasis tot en met het seizoen 2028 – 2029 (!).

HAPPILY EVER AFTER

Toch zit er aan de terugblik op de verdrietige carrière van DiPietro een gelukkig einde. Nadat de uitrusting definitief aan de wilgen werd gehangen, groeide de goalie uit tot één van de betere commentatoren in de NHL en heeft hij samen met David Rothenburg een veel beluisterde podcast op ESPN New York — DiPietro and Rothenberg —. Sinds juni 2021 is hij toegevoegd aan het Amerikaanse ESPN, om als analist zijn licht op wedstrijden te laten schijnen.

Ieder jaar opnieuw komen er parels uit de koker van de Entry Draft, maar zijn er ook zeker ieder jaar weer behoorlijke busts te ontdekken. In de status waar New York Islanders toendertijd in verkeerde, kun je eigenlijk weinig toeschrijven aan de (on)mogelijkheden van Rick DiPietro. Menig prospect vocht tegen de bierkaai op Long Island en de thuiskomst van de kermissen waren ijskoud.

Alles wat in vandaag de dag overblijft is speculatie. Als hij bij een andere franchise terecht was gekomen, was het dan wel een glansrijke carrière (zonder blessures) geworden? Één ding is zeker: Ondanks het stempel Draft Miss, is en blijft DiPietro de kop van jut door mismanagement.

Coverfoto: Bruce Bennett

Dennis Bakker
Dennis Bakker
Honkbal en ijshockey zijn de sporten waar zijn hart sneller van gaat kloppen. Heeft na MLB ‘99 en NHL ‘00 op de PS1 Chicago als sportstad geadopteerd. Go White Sox, Blackhawks, Bears en Bulls! Heeft daarnaast bovengemiddelde liefde voor Colorado Rockies, Winnipeg Jets en Vancouver Canucks en schaamt zich hier niet voor!

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Gerelateerde artikelen